In 2003 had ik het geluk dat ik meekon op een edelsteen expeditie naar Mogok in Myanmar (voorheen Birma). We kregen ook de mogelijkheid om edelstenen en kristallen te kopen. Eén van die edelstenen was een stersaffier (cabochon geslepen) van 1,45 karaat. Binnen de korundgroep heet het blauwe familielid saffier en het rode familielid robijn. Dus als ik stersaffier schrijf, heb ik het over een blauwe edelsteen. Thuis bekeek ik mijn aanwinsten, maar die stersaffier zat er niet bij. Vreemd, wel zat er een paarse sterkorund bij..... Dit was mijn eerste kennismaking met kleurwisselstenen anders dan alexandriet. In kunstlicht is mijn sterkorund paars, bij daglicht is ie blauw.
Kleurwisselsaffier heeft net als de andere korundleden een hardheid van 9 en heeft als basis chemische samenstelling aluminium oxide (Al2O3). Zie tabel voor de andere eigenschappen.
<style> table#kleurwissel-table { margin-left: 20px; } table#kleurwissel-table td { margin: 0; padding: 5px; padding-right: 30px; } table#kleurwissel-table caption { font-size: 14px; font-weight: bold; background-color: #EEE; padding: 10px; }
kristalsysteem | trigonaal |
kristalvorm | prisma's, dipirimidaal |
chemische samenstelling | Al2O3 |
hardheid | 9 |
kleur | blauw in daglicht, violet tot paars in kunstlicht |
kleurende element | vanadium |
glans | glasglans |
refractometerindex | 1.76 - 1.78 (dubbelbreking 0.008) |
soortelijke massa | 4 |
insluitsels | o.a. rutiel naalden kunne nstereffect (asterisme) veroorzaken, ook rutielkristallen zijn mogelijk |
vindplaatsen | Thailand, Sri Lanka (Ceylon), Cambodja, Tanzania, Kenia, Madagaskar, Australie, China en USA |
Kleurwisseleffect

Het alexandriet effect dankt zijn naam aan de eerste edelsteen die dit effect vertoonde: alexandriet, de variëteit van chrysoberyl. Kenmerkend voor dit effect is dat het materiaal een andere kleur vertoont in daglicht dan in kunstlicht. Met daglicht wordt niet een regenachtige & bewolkt zondaglicht bedoeld, maar blauwrijk licht dat alle kleuren binnen het zichtbare spectrum (400-700 nm) bevat. Het benodigde kunstlicht is rijk aan roodtinten (ook kaarslicht of licht van een laagstaande zon kan gebruikt worden). Tegenwoordig bestaan er kunstlichtbronnen die het juiste daglicht schijnen.
De term alexandriet effect werd voor het eerst gebruikt door Neuhaus in 1960. De juiste omschrijving van het effect is ‘verandering van kleur afhankelijk van de lichtbron.’ Vereiste is ook dat er een verschil van minimaal 20 graden op de CIELAB kleurschaal zit tussen de verschillende kleuren.
Lichtbronnen bestaan uit electromagnetische straling van meestal meerdere golflengten. Met andere woorden: ze kunnen een bepaalde kleur hebben omdat ze de rest van het spectrum niet uitstralen. De natrium straatlantaarnpalen geven een gele kleur. Zo zijn er ook bronnen die ‘wit’ licht uitstralen, maar die onderling van elkaar verschillen doordat ze een deel van het spectrum niet uitstralen. Zo heb je wit lichtbronnen die rijk zijn aan de rode golflengten (kunstlicht) en bronnen die juist rijk zijn aan de blauwe golflengten (daglicht).
Korund laat rode en blauwe golflengten door (zie fig. 2). Daglicht is rijk aan blauwe golflengten, waardoor de kleur van de saffier naar het blauw gaat. Kunstlicht is rijk aan rode golflengten. De saffier zal dan naar het paars neigen. Bij kunstlicht is er geen blauw om door te laten.
Kortom, het licht heeft mij dus behoorlijk in de maling genomen door mij te laten denken dat ik die mooie stersaffier kwijt was.